vrijdag 23 december 2011

Kleine Karoo



Vanochtend heb ik besloten om toch verder te fietsen door de toch wel erg mooie Kleine Karoo. Voordat ik vertrek sla ik eerst nog een voorraad drinken in voordat ik dit droge, warme gebied doorkruis. Hierdoor ben ik wel pas na achten, onder een nog bewolkte hemel, op pad. Mijn rit begint meteen met een klim, ik mag de laagte waar Barrydale in ligt eerst uit fietsen.
De Kleine Karoo is bergachtig, lekker om door te fietsen, afgewisseld met kleine vlaktes waar struisvogels lopen.
De eerste tussenstop voor koffie is bij Road Kill Cafe (ook bekend als Ronnies Sexshop). Een uitspanning die het kennelijk hebben van zijn grappige naam moet hebben (en het feit dat het de enig verversingspost in de wijde omgeving is), niet van zijn vriendelijkheid.
Na 11 uur begint het met vlagen onaangenaam te worden op de weg. Het vijftal auto's met aanhanger dat me de afgelopen drie uur gepasseerd is deed dat met minstens 140 kilometer per uur. Doorscheuren naar de (kerst-)vakantiebestemming zeker?
Ondertussen tel ik de kilometers af naar Ladismith. Met nog zo'n 15 kilometer te gaan zie ik de weg naar Riversdale, mooi en verlaten, ik twijfel, stop, rij door, dan nog eens maar dan draai ik om. Met nog maar anderhalve liter water een verlaten weg van 70 kilometer door de Kleine Karoo rijden waar het 45° wordt?? Gelukkig is het vandaag bewolkt en de temperatuur is nog maar 27° dat durf ik erop te wagen.
De route is adembenemend mooi. Het landschap heeft alle soorten bergen en fijnbos (als er al begroeiing is) en natuurlijk struisvogels. Maar ik zie zelfs een paar koeien en schapen. Hoe komen ze hier nu toch aan water?, er valt nooit genoeg regen! , een windmolen die een waterpomp aandrijft dus.
Met nog 50 kilometer te gaan wordt het toch tijd voor verversing maar op de hele rit van 136 kilometer zijn er geen dorpen en ik heb in totaal nog geen vijf boerderijen gezien.
Uiteindelijk zie ik een huis, Pieter en Maggie wonen er en zijn nog thuis ook. Behalve koud water krijg ik ook nog zelfgemaakt gemberbier en een toebroodjie met tonyn. Tijdens ons gesprek vertelt Piet me onder andere dat de struisvogelhouders, maar vooral de struisvogels te lijden hebben van een virus. Alle boerderijen zijn in quarantaine en als het virus op 'n boerderij geconstateerd wordt, moeten alle struisvogels daar afgemaakt worden.
Weer op pad, nog steeds even mooi maar de laatste 20 kilometer voordat ik de bergen weer over ga worden door de tegenwind loodzwaar gemaakt. In de verte zie ik een bosbrand, de tweede al in een paar dagen, waar zouden ze hier mee blussen?
Als ik eindelijk bij de klim kom, ben ik even later in 20 minuten boven. Dat viel mee maar de Kleine Karoo ligt al hoog, de afdaling richting de kust is een stuk langer. Hierboven op de Garciapas mag ik eerst laveren tussen de bavianenfamilies waarna ik een mooi uitzicht naar de kustvlakte krijg.
Eenmaal ik Riverdal heb ik meteen een aangenaam gesprek met de eerste dorpeling die ik, zoals inmiddels mijn gewoonte is, aanspreek zodra ik een nederzetting binnen fiets. Vragen vol belangstelling en bewondering voor mijn fietstocht mag ik beantwoorden. Na de uitleg van de route naar de winkel en een kampeerplek stap ik op voor het de laatste pedaalslagen vandaag.

Moe van een geweldige tocht van 136 km sla ik mijn tent op bij Takkieskloof. Ik sta hier helemaal alleen, wat ik vroeger ook regelmatig heb meegemaakt maar altijd nog bijzonder voelt.