
De dag begint droog, de tent is droog, nu moet de bewolking nog wegtrekken. Helaas hebben we ook vanochtend geen geluk met het weer. Als we uit bed zijn begint het te regenen, we wachten maar met opbreken. Het restaurantje op ons kampeerterrein schenkt een lekker kopje thee, met een ontbijtje en een uitzicht over de oceaan genieten we van de vroege ochtend. Op het gras zien we een soort kleine marmotten (klipdassies), er blijken er een heleboel te zijn. Dat is weer eens wat anders dan een koedoe of een hyena voor de tent die we in de Kruger hadden.
Als het eindelijke droog is vertrekken we, eerst met de fietsen achterin een bakkie want de klim is te steil om te fietsen. Dan zijn we op weg. De zon laat zich voorzichtig zien en we genieten weer van het landschap. We rijden over een nieuwe weg door de Tsitsikamma bossen, het blijkt een tolweg maar druk is die niet, tot nu toe hebben er zo’n vier auto’s ons gepasseerd. Als we de tolhuisjes naderen wordt er druk naar ons gezwaaid. We vragen ons af wat hiervan de bedoeling is, moeten we omdraaien?, betalen? Al snel begrijpen we dat ze willen voorkomen dat we over de sensoren in de weg rijden. We rijden er netjes omheen en vervolgen rustig onze weg.

Eenmaal beneden zetten we de tent op bij het strand op een groot en bijna leeg kampeerterrein.

Zo vlak bij de monding van de Keurboomsrivier blijkt ook een grote muggenbevolking te leven, ze steken ons door onze kleding heen. We duiken de tent in. Morgen zou het eindelijk beter weer worden.