dinsdag 19 oktober 1993

Melkkoeien bij Oudebosch



We verlaten Jeffreysbaai in de bewolking en de mist, met een kletsnat ingepakte tent. Nadat we de klim vanaf de kust achter de rug hebben, rijden we door een vlak gebied met hier en daar een boerderij. We volgen de R102 die zo'n beetje parallel loopt aan de N2, wat hier de grote weg is, waardoor we lekker rustig kunnen fietsen.

Hoe verder we van Jeffreysbaai vandaan komen hoe vriendelijker de mensen. In Humansdorp maakten we weer praatjes onderweg en worden weer volop gegroet. Onderweg trekt de lucht open terwijl het landschap al meer geaccidenteerd wordt. Heuvels en riviertjes wisselen elkaar af. In de verte zien we de Outeniekwa bergen met wolken op hun toppen. Al blijven we parallel aan de bergen fietsen, toch moeten we af en toe wat klimmen.
Rond vijf uur in de middag komen we een eerste winkel tegen, we kopen wat te drinken. In deze winkel bleek alles te koop (of te bestellen) wat je maar kan bedenken, het blijkt een echte Winkel van Sinkel te zijn. Op de kaart blijkt dat Stormrivier nu nog zo'n 45 kilometer fietsen is, te ver om nog met daglicht aan te komen.

In de winkel vragen aan de winkeljuffrouw of ze een plek weet om de tent op te zetten, of we misschien bij de boer hier terecht zouden kunnen. Ze denkt van wel. We besluiten er naar toe te gaan, het is een gigantische boerenhoeve, met een deurbel. Helaas lijkt er niemand thuis. Als we willen gaan kijken in de melkerij verderop komen net Derek, de voorman, en Tracey, z'n vrouw aangereden. Als we vertellen dat we op zoek zijn naar een slaapplek, worden we uitgenodigd om bij hen te blijven.
Na het eten ga ik samen met Derek op pad en krijg een rondleiding door de stallen waar de koeien worden gemolken (en geïnsemineerd). Later gaan we naar het veld waar het hooi net opgerold is, in plastic zodat het gaat gisten.
Diezelfde avond begint het te regenen.