dinsdag 15 augustus 1995

Afrika



Na wat wikken en wegen of het verstandig zou zijn om verder te fietsen besluiten we de tocht vandaag direct voort te zetten. Zo ver mogelijk weg van onze 'gezellige, campinggasten.
Een uurtje fietsen en twee paracetamols later blijkt Annemiek geen enkel probleem meer te hebben. De klap op mijn hoofd lijkt echter harder aangekomen dan ik gedacht had. Ik zal de komende zes weken nog barstende koppijn houden. Nog een uur later en we laten de toeristische drukte achter ons. Bossen, weilanden, meertjes, slingerdijken en veerpontjes wachten ons op.
Berg en Dal, ons einddoel van die dag, komt steeds dichter bij. De enige serieuze helling van onze fietstocht komt langzaam op ons af en even later loopt onze route over het enige stuk onverharde weg van de hele tocht. Normaal geen probleem, maar vanwege de beschadigde enkel wordt de dag, na 94 kilometer fietsen, maar afgesloten met een voettocht op zoek naar een kampeerterrein. Het kampeerterrein blijkt niet al te moeilijk te vinden, iets te eten des te meer. Geen winkels, restaurants gesloten. Uiteindelijk kunnen we na enkele uren onze voorraden aanvullen in een rijdende (super‑)markt.
Morgen gaan we naar Afrika.

Het buitengedeelte van het Afrika museum bestaat uit een aantal woonhuizen/nederzettingen van een aantal verschillende (West‑)Afrikaanse culturen. Door de zon, de temperatuur en het genot van wat Afrikaanse hapjes met palmwijn wanen we ons daadwerkelijk weer even in Afrika. Dit wordt een middagje met volle teugen (en weemoed) genieten.