maandag 14 augustus 1995

Bam!



Tijd om de bossen achter ons te laten en de Drentse polders op te zoeken. We glijden langs rivieren, akkers en boerderijen. We zien blonde zoons en dochters met blauwe ogen. Langzaam verandert de rust in drukte. Drenthe wordt Overijssel, akkers worden pretparken, boerderijen worden horecagelegenheden. De Drentse boerenkinderen die zo onbezorgd op de weg speelden zouden hier in een mum van tijd tot 'plat-Drentjes' worden. De route langs de Vecht is ze‑VRROOOEEMM‑waard al zijn we niet de e‑VRROOOEEEMM‑at vinden.

We laten Ommen achter ons terwijl ik op de kaart kijk waar we vanavond onze tent op kunnen gaan zetten. Het is halverwege de middag en we zijn nog niet moe. Ik probeer in te schatten hoe ver we nog kunnen fietsen voordat we aan het avondeten willen zitten. Op dat moment zie ik dat mijn fiets-computertje het niet meer doet, de bevestiging van het spaakmagneetjes is kapot. Even afstappen, wat friemelen en weer opstappen. Ondertussen kijk ik of het ding weer werkt, kijk weer voor me en op het zelfde moment zie ik het. Annemiek was een meter of tien voor mij gestopt, in een flits zie ik hoe ik tegen haar aan fiets waarna ik tegen het asfalt klap. Nadat de eerste schrik een beetje gezakt is bekijken we de schade. Annemiek lijkt een vrij ernstige wond aan haar enkel te hebben, de tanden van mijn voorblad hebben een diepe snijwond achter gelaten. Gelukkig bleek het alleen een vleeswond te zijn.
Onder het stof en zweet (en bloed) verrassen we de eerste beste huisarts die we konden vinden met ons bezoek. Beetje bij beetje zakt de schrik en de besluiteloosheid. We zetten onze tocht voort naar een kampeergelegenheid een kilometer of twintig verderop, na uiteindelijk 102 kilometer. Temidden van de Sjonnies en Anita's zetten we de tent op, we wanen ons weer even thuis.

Maar hoe kon dit nu gebeuren. Met vijftien jaar fietservaring in vrijwel altijd moeilijkere omstandigheden dan nu. Precies dit laatste zou daar wel eens alles mee te maken kunnen hebben. De hele fietstocht verliep zo makkelijk dat er langzamerhand een zekere nonchalance was ingeslopen. Volgende keer gewoon weer de rimboe in!