vrijdag 19 augustus 2016

De grote rivieren af



Alweer vroeg op pad om nog van het mooie weer te genieten voordat de verwachte regen het land binnen drijft. Door de kou en de ochtendspits vind ik mijn route naar de waarden tussen de rivieren. Over rivierdijken en polderwegen, langs boerderijen en kerken naar de oversteek van de Maas bij Ravenstein. Verrast door fietspaden in Vlaamse stijl, kies ik snel een route over de dijken langs de Maas, waar ik het kasteel van Oijen langs mijn route vind (en het daar ook weer snel achter me laat).
Met ijskoffie en sinaasappels op het bankje langs de rivier in Lith geniet ik van de uitzichten. Langs de rivier zie ik veel aangelegde natuurgebieden die bij hoog water vast als overstroomgebied dienen. Nu grazen de hooglanders in dit lage land.
Alweer kruis ik de Maas, deze keer met het pontje naar Alem.
Een praatje met de veerbaas, de rust van de uiterwaarden, de slingers in de rivieren, een fietser die geniet.
Even later tref ik het minder. Mijn fietskaarten zijn al 25 jaar oud. Ik had ze meegenomen om op terug te vallen en dat bleek nodig. Fietsen via fietsknooppunten bleek aanleiding tot herhaaldelijke frustratie en veel tijdsverlies, een GPS blijkt slechts nuttig om precieze locaties te vinden als ik al dicht in de buurt ben.
Helaas bleek bij Zaltbommel dat de wegenmakers de wegen op mijn oude kaarten niet altijd hebben gerespecteerd. Een alternatieve route brengt me door de buitenwijken van de stad.
Eenmaal terug op mijn geplande route volg ik de Bommelsche zuiderwetering en de Capreton richting de Afgedamde Maas.

Met de rivier links en de boomgaarden rechts van me slinger ik over de dijk langs Poederooijen totdat ik de Afgedamde Maas kruis en de rivier aan de overkant volg richting de Merwede.
De Brabantse Biesbosch lijkt een gedaanteverandering te zijn ondergaan sinds de laatste keer, zo'n 15 jaar geleden, toen ik, ook op 'n fietstocht, erlangs reed. Overal nieuwe natuur, herkauwers, vogels, moeras. Kreken die het land in lopen, bruggetjes over het nieuwe water. Op sommige plekken zijn de restanten van de vroegere boerderijen nog herkenbaar.

Na de pont, de Dordtse Biesbosch en de Oeverlanden van de Hoeksche Waard zit deze fietstocht erop, na een laatste rit van 138 km.
Behalve genieten van het fietsen en van de omgeving was ook het ervaren van het paalkamperen een doeletje van deze fietstocht. Helaas bleken de bezochte paalkampeerterreinen, althans die door staatbosbeheer beheerd worden, een echte afrader en steken schril af tegen de eerder bezochte bivakzones in België. Ook op de andere bezochte wildkampeerplekken (een voormalig kampeerterrein en een fruitboerderij) bleek het een stuk aangenamer om te bivakeren. Van de twee bezochte paalkampeerterreinen van staatsbosbeheer was met name de locatie beroerd: dicht bij druk (recreatief) verkeer terwijl er in de directe omgeving veel mooiere alternatieven voorhanden waren. Maar ook de staat van onderhoud was even beroerd. Tenzij, maar ook indien, ontmoedigen van het wildkamperen het doel is, zou enige schaamte de beherende instantie niet misstaan.