Na jaren van afwezigheid, ben ik weer terug in Zuid-Afrika. Deze keer voor een fietstocht door het zuidelijke deel van de Westkaap provincie.
Mijn route zal lopen door de Wijnlanden met dorpen als Stellenbosch, die Paarl en Franschhoek. Daarna volgt de Overberg met Swellendam, De Kleine Karoo tot Oudtshoorn en vervolgens de Tuinroute terug naar Swellendam. Als laatste loopt de route via de Overberg, de Walviskust naar de Kaap.
De eerste dag van deze omzwervingen door de Westkaap provincie begint met een bezoek aan Stellenbosch. Door de dorpsstraat, een laan met de Kaaps Hollandse huizen en eikenbomen, fiets ik naar het centrum van het dorp waar ik als eerste een fietstour maak langs verschillende monumentale gebouwen. Zo kom ik eerst langs het Speelgoedmuseum, het Burgerhuis en even later langs de Moederkerk en vlak daarbij de Theologie Fakulteit.
Uiteindelijk eindig ik in het dorpsmuseum dat ook weer bestaat uit verschillende historische huizen, ingericht in de stijl van die tijd. De oudste ervan, het Schreuderhuis,is tevens het oudste nog bestaande gebouw van Stellenbosch. Het is het enige huis dat alle branden die er in de loop van de geschiedenis geweest zijn, overleefd heeft.
Tegen het einde van de ochtend is het tijd om naar Die Pêrel (Paarl) op pad te gaan. Heuvel op, heuvel af fiets ik tussen de wijngaarden, waar de wijnranken inmiddels kaal en verdord zijn op het einde van de herfst. Elke wijnboerderij heeft hier z’n arbeidershuisjes.
Na de laatste afdraand volgt het laatste rukkie naar die Paarl. Hier bevindt zich, bovenop een heuvel, het Afrikaanse Taalmonument. Op het kleinste verzet klauter ik langs de berg omhoog.
Boven hoor ik dat het vandaag monumentendag is. De toegang is gratis. De grasvelden rondom het taalmonument zijn dan ook druk bevolkt met piekniekers.
Het uitzicht hierboven is magnifiek. De Hottentots en Franschhoek bergen lijken op een steenworp afstand terwijl in de verte de Tafelberg te herkennen is.
Aan de route naar Franschhoek ligt net buiten die Paarl, het Bergrivier resort. Daar vind ik een mooi plekje voor de tent aan de Bergrivier en met uitzicht op alweer de Hottentots en Franschhoek bergen.
Vlakbij me staan Ashley en Annie, met wie ik lekker klets en meteen onderworpen wordt aan de Zuid-Afrikaanse gastvrijheid.
Als om 6 uur de nacht valt lijken de watervogels in hun sas. Een gekwetter van jewelste. Onder een heldere sterrenhemel en omringd door de koude lucht die de bergrivier aanvoert, kruip ik even later de tent in.
In de ochtendkou van de Bergrivier breek ik op om even later de route naar Franschhoek verder te volgen. De weg leidt me door de vallei naar dit Hugenotendorp.
Niet alleen ik volg de weg daar naartoe. Het lijkt wel of iedereen uit de wijde omgeving ernaartoe gaat, terwijl ook nog alle fietsers op pad zijn voor een trainingsrondje, zo op de zondagochtend.
Langs de route wisselen maneges, wijngaarden en Kaaps-Hollandse huizen elkaar af.
Eenmaal in Franschhoek is het een drukte van jewelste. Kraampjes staan overal en terrasjes zitten vol. Er is hier een literair (en wijn) feestweekend.
Het Hugenotenmuseum, dat ik wil bezoeken, is deze ochtend voor de verandering gesloten. Net als ik staan veel belangstellenden voor een gesloten deur.
De koffiezaken in het dorp zijn gelukkig wel open. Na twee grote cappuccino's ga ik op pad naar de Franschhoekpas. Met het kleinste verzet fiets ik ritmisch naar boven langs de ruwe knoeperts van bergen.
Regelmatig krijg ik mooie uitzichten over de vallei en Franschhoek. Uiteindelijk kom ik boven op de 610 meter hoge pas en verandert de klimpret in daalpret. De motorrijders die me tijdens de beklimming inhaalden, geef ik het nakijken. Steeds sneller wil m’n fiets, op de weg die zich als een slang naar het dal slingert.
Aan het eind van het dal van de Dutoitsrivier komt de Theewatersdam in zicht. Na een kort bezoek aan Villiersdorp vindt mijn tent een plekje aan 't stuwmeer op het lege kampeerterrein van de Theewater Sports Club.